Spitter, spetter, spatter,
Lekker in het watter. We zijn nog steeds onder zeil alhoewel we gisteravond toch ook weer een paar uur hebben gemoterd. De avondwacht heeft weinig opgeleverd. Dat doet alleen de Nachtwacht. Steeds meer aanvaard ik het hier en nu en de manier waarop dingen op je afkomen. Het is volstrekt zinloos om te verwachten dat de wind idd gaat waaien zoals het je is voorspeld. Dit heb ik al eens eerder geconcludeerd maar kennelijk ben ik toch weer gewend geraakt aan de maakbaarheid van de dingen.
Laat maar gaan, geef je eraan over. Dat is de grote les van deze lange reis.
Gisteren een stuk over Minoes de moordenaar gelezen in de Groene Amsterdammer. Dat stuk handelt over onze huiskat die vele slachtoffers maakt onder knaagdieren mollen en vogels. Gigantische aantallen. Mede omdat felix catus, de gedomesticeerde kat, zeer weid verbreid is over de hele wereld. Onder hoede van de mens.
Dus ook uw -overdag- lieve aaibare katje wordt ‘s nachts een killer en in dit artikel uitgeroepen tot catus non grata. Maar zelf als je het donzige beestje op zou sluiten zijn er wilde huiskatten buiten die je eigenlijk allemaal zou moeten afschieten wil het enig positief effect hebben op het herstel van de natuur.
Alweer een door de mens gecrëeerd probleem. M.a.w. eigenlijk zouden wij allemaal afgeschoten moeten worden om de natuur zichzelf weer te kunnen laten herstellen. Maar daar wordt hier en daar op de wereld keihard aan gewerkt. Zij het om andere redenen.
..
Kijk, daar wordt je nou blij van. Een artikel in de Groene Amsterdammer.
Vanmorgen kwam er in de kou en de harde wind een boerenzwaluw aanvliegen. Moedig landde het drie keer aan boord. De laatste keer ongeveer 40 cm bij mij vandaan. Tjilp, tjilp. Het vogeltje leek moe en koud. Maar dat was wellicht geantropomorfiseer van mijn kant. Misschien was hij wel doodsbang met zo een nieuwsgierige reus dichtbij of herkende geen boer in mij. Twee tellen later was het beestje weer verdwenen. Dag zwaluw. Het leven komt en gaat.
Het is nu half twee. We hebben net het eten op. Een rijst gerecht geprepareerd door Mark. Buikje weer vol. Lekker gaan slapen. Rusten voor de avondwacht.De meet komt dichterbij.
